Sta met je Voeten in de (productie) klei!


Hoe erg is dat nou met die investeringsmaatschappijen, beleggers en zo?

Als ik “mijn” wereld van kleur en Engineering Plastics beschouw, dan zie je de laatste 15 jaar in toenemende mate dat fusies en overnames voor een groot deel gefinancierd worden door investeringsmaatschappijen; recente voorbeelden zijn Envalior (Lanxess/DSM met Advent International) en Heubach Group’s overname van Clariant met SK Capital Partners.

En het is al decades vanzelfsprekend dat de grote bedrijven een deel van hun kapitaal vergaren via de beursgang met aandelen; de tijd van eigen kapitaal en het “uit eigen zak” kunnen betalen ligt (grotendeels) ver achter ons.

Nu kun je zeggen dat de multinationals zodanig groot zijn geworden dat het bijna onvermijdelijk is dat er meer focus komt, dat er delen worden afgestoten, en dat zelfs de afgestoten delen zo groot zijn dat het al gauw om miljarden gaat en het dus nodig is dat een deel gefinancierd wordt.

Maar het is meer dan de financiering alleen; het brengt ook een verandering in mentaliteit en cultuur met zich mee. Waar zo’n 20 jaar geleden de focus van elk bedrijf zich richtte op z’n kerntaken die vooral productgericht waren, zijn vandaag de dag de ROI en de groeicijfers het doel geworden. Dit wordt nog eens versterkt door de relatief korte doorlooptijd van Managers, waardoor de focus op het korte termijn presteren ligt en minder op het voor de lange termijn, en duurzaam, formuleren van een visie. Aandeelhouders en de aandelenmarkt hebben daarbij een (onevenredige?) grote invloed op het beleid en bemoeien zich zelfs met de strategie. En wat, op de korte termijn, geld kost moet worden beperkt en het liefst helemaal niets uitgeven...is er een reorganisatie waar 300 mensen ontslagen gaan worden, zie je de aandelenkoers stijgen. Genoeg is niet meer genoeg en elke jaar moeten er double digits EBITDA-marge gehaald worden.
En als zelfs dat nog niet genoeg is, worden soms hele productielocaties, nog steeds (!), verplaatst naar die landen waar de lonen lager liggen. De maakindustrie staat in Nederland al jaren onder druk, terwijl, ook volgens VNO-NCW, “de Maakindustrie cruciaal voor een sterke samenleving” is. Met de huidige geopolitieke ontwikkelingen is zelfredzaamheid binnen de EU zelfs een voorwaarde geworden voor het halen van de verschillende milieudoelstellingen waaronder de energietransitie.

De vraag is dan ook of multinationals nog wel met de voeten in de klei staan? ... Of is dat niet meer nodig?

Innovatie en R&D vind je minder en minder bij de multinationals en meer en meer bij kleinere bedrijven, startups en ZZP-ers. De multinationals kopen deze innovatie vervolgens in of, in het meest gunstige geval, investeren mee in allerlei consortiums of samenwerkingsverbanden met Innovatieve bedrijven en universiteiten.

Gaat dat met de productie van materialen eenzelfde kant op? Dat productielocaties worden gekocht en na een aantal jaren rendement weer verkocht worden aan de hoogste bieder? Komen er startups voor producties? En we kennen al decades het systeem van tolling-producenten, sommigen zeer succesvol, van Engineering Plastics: bedrijven die zich alleen toeleggen op het veilig en kwalitatief hoogstaand produceren van het eindproduct, maar zich niet bemoeien met de grondstoffen, de kwaliteitseisen (en klanten) en al helemaal niet met de ontwikkeling of optimalisatie van de kunststoffen. 

Wat betekenen alle ontwikkelingen in management en organisatie voor de productielocaties binnen de multinationals? Hoe zit het met geld voor onderhoud, voor nieuwe en innovatieve apparatuur en de investeringen in mensen? Met de vergrijzing in de westerse wereld en de schaarste is die laatste misschien nog wel het meest cruciaal.

De relevantie van een productielocatie is nu eenmaal anders dan die van de CEO; hoewel ze vanzelfsprekend een financiële component delen is de kerntaak van een productielocatie om producten van hoge en betrouwbare kwaliteit te maken conform de eisen en wensen van klanten. Binnen productielocaties weten ze waar het geld verdiend wordt en waarom betrouwbaar werkende apparatuur belangrijk is én waarom de juiste (goede) mensen op de juiste plek van het allergrootste belang is.
Maar het budget wordt nog altijd bepaald door de CEO, al dan niet in combinatie met de investeringsmaatschappij, en moeten er prioriteiten worden gesteld; wordt er meestal 1 nieuw “ding” gekocht, een klein deel preventief onderhouden en, hoe spijtig ook, heel veel pleisters geplakt onder het kopje “correctief-onderhoud”. En staan de locaties onder druk om mensen te ontslaan, waarbij het gevolg vaak is dat de goede medewerkers ofwel gedemotiveerd raken of zelfs weggaan.

Moeten productielocaties zich dan ook meer als Toller gaan opstellen? Duidelijke eigen doelstellingen en strategie op het gebied van veiligheid, kosten, kwaliteit en procesonderhoud en -optimalisatie, maar ook grenzen stellen aan wat er kan worden geproduceerd en tegen welke prijs. Meer (mee-) onderhandelen over budgetten en meer onafhankelijkheid omtrent de besteding ervan. Minder mee “betalen” aan de vaste kosten van de multinational (afslanking van de RvB en RvC organisaties misschien).

In een veranderende wereld moeten ook productielocaties zich aanpassen en enkele (leiderschaps) vaardigheden erbij leren...maar bovenal, terug naar de basis, met de voeten in de klei!
Neem vrijblijvend contact op of vraag offerte aan